Het nieuwe werken: vloek of zegen?
Afgelopen week bleek dat in Nederland het gebouw van het ministerie van Buitenlandse Zaken, vorig jaar helemaal verbouwd, opnieuw aan verbouwing toe is. Waarom? Het moderne gebouw met zijn flexwerkplekken zorgt voor grote ergernis bij de ambtenaren die er werken. Het is zelfs zo erg dat sommigen een abonnement op de bibliotheek hebben genomen om tegenover het gebouw rustig in de bieb aan de slag te gaan. Dit riep bij mij de vraag op: “Het nieuwe werken: een zegen of toch beter van niet?”
Tijd voor een andere aanpak
We zien het elke dag drukker worden op de wegen. De filedruk neemt toe. Treinen zijn overvol. Het land slipt dicht. Kostbare tijd gaat zo elke dag verloren en bovendien zorgt het voor stress en ergernis. Daarnaast is natuurlijk niet iedereen gemaakt om van 9:00 tot 17:00 te werken. Al dit soort inzichten hebben de laatste jaren ervoor gezorgd dat we met nieuwe ogen naar het begrip “werken” zijn gaan kijken. Kan het ook anders? Hoe kunnen we efficiënt toch de juiste resultaten blijven halen?
Het idee achter het nieuwe werken is natuurlijk super. Zorgen voor meer werkgeluk, een betere werk-privébalans en resultaatgericht werken. Dit door flexibele werktijden en werkplekken, allerlei tools om online met elkaar samen te werken en te vergaderen, een andere manier van leidinggeven en focus op resultaat onafhankelijk van bestede tijd. Maar werkt dit wel voor iedereen?
Voor wie is het nieuwe werken geschikt?
Sowieso is het nieuwe werken echt iets voor kennisberoepen. De principes zijn niet toe te passen op bijvoorbeeld een stratenmaker of een kok. Maar voor die beroepen waar het wel mogelijk is, is het ook nog maar de vraag of het altijd werkt. Zo kan thuiswerken zeker bijdragen aan een betere werk-privébalans, iets wat steeds belangrijker wordt gevonden. Voor mensen die lang moeten reizen naar hun werk, is thuiswerken een uitkomst. Maar als je te vaak thuiswerkt, ga je de contacten met anderen op de werkvloer missen en voel je je minder betrokken bij de organisatie. Ook niet ideaal.
En dan die mooie flexwerkplekken die ertoe zouden moeten bijdragen dat we creatiever worden, meer met elkaar overleggen, inzichten krijgen van andere mensen van andere afdelingen, et cetera. Werkt dat dan wel? In ieder geval niet voor de ambtenaren die een abonnement op de bieb hebben genomen. Veel mensen zijn toch een gewoontedier en hebben graag hun eigen plekje op het werk, waar ze het kennen en rustig aan de slag kunnen.
Wat werkt voor jou? Ga in gesprek!
Conclusie: Filerijden is geen hobby en staan in een overvolle trein is ook niet alles, toch is het nieuwe werken zeker geen heilige graal. Denk altijd na wat voor jou belangrijk is en wat voor jou goed werkt. Ga zeker in gesprek over de mogelijkheden en wees eerlijk naar jezelf en naar je werkgever.